Klassieke Astrologie
Uurhoek-astrologie
 

PicoSearch      
  Help
                                                 

 

Menu Klassieke
Astrologie

 

Home-pagina
Klassieke Astrologie

Home >uurhoek6.html

 

 

Uurhoek-astrologie, Deel-6 - Translation of Light


De basiselementen zijn natuurlijk de voornaamste kenmerken waarnaar wij moeten kijken bij de beoordeling van een uurhoekhoroskoop, maar er zijn ook andere zaken die een groot gewicht in de schaal leggen en die het basisoordeel in hoge mate kunnen veranderen. 
Ik zet hieronder nog even op een rij door welke factoren een vraag over een kwestie (de zaak) op een positieve manier kan worden beantwoord met een “ja”, “het gaat door”, enzovoorts.

 

  • Als de significator van de vrager een volle conjunctie maakt met de significator van het gevraagde of andersom. De zaak komt des te sneller tot stand als beide planeten in een hoekhuis staan en de inlopende planeet sneller loopt dan zijn gemiddelde snelheid. Er mogen geen andere planeten zijn die verstorend tussenbeide treden.
  • Als de significator van de vrager een volle driehoek of een vol sextiel maakt met de significator van het gevraagde of andersom. De zaak komt sneller tot stand indien de planeten goed staan qua teken en huis. Er mogen geen planeten tussenbeide komen die de boel verstoren.
  • Als de significator van de vrager een vol vierkant maakt met de significator van het gevraagde of andersom. In dat geval zullen er moeilijkheden zijn en een bepaald soort wantrouwen tussen de partijen die maar moeilijk op te lossen is. Als beide planeten echter sterk staan qua teken en huis kan de zaak alsnog tot een goed einde komen. Staan ze echter zwak of vernietigd en in slechte huizen, dan duurt het eindeloos voordat de zaak tot een oplossing komt. Het kan hierbij helpen als beide planeten elkaar "ontvangen" middels receptie. Hierover in een volgende artikel meer.
  • Als het bovenstaande allemaal niet van toepassing is, maar er toch een planeet is die in staat is (na zorgvuldig voldoen aan voorwaarden) actief het "licht over te brengen" tussen beide significatoren. In dat geval komt de zaak tot stand door een "tussenpersoon of een derde".
  • Als het bovenstaande allemaal niet van toepassing is, maar er toch een planeet is die in staat is (na zorgvuldig voldoen aan voorwaarden) het "licht te verzamelen" van beide significatoren. In dat geval komt de zaak tot stand doordat iemand het vertrouwen geniet van beide partijen en zodoende hen tot een vergelijk weet te brengen.

In deze aflevering gaat het om de rood gekleurde tekst: "overbrenging van het licht" ofwel "translation of light", zoals het in de Engelstalige literatuur heet.
Wat gebeurt er precies bij “overbrenging van het licht”? Zie hiervoor de onderstaande figuren. Aan de hand van een voorbeeld wordt getoond hoe dit principe in werking is. Er is een situatie waarbij het huwelijksleven niet goed is bij een getrouwd stel. Er wordt de vraag gesteld “zullen wij bij elkaar blijven?”. Dit is de horoskoop in hoofdkenmerken:

De vraagsteller wordt aangegeven door de ASC en de heer ervan, de planeet Venus die op 13° Leeuw staat. De andere partner met wie de relatie niet zo goed gaat, wordt voorgesteld door Cusp-7 en de heer ervan, de planeet Mars.
Mars staat op 25° Leeuw. De significator van de vrager, Venus moet dus een Ptolemeïsch aspect maken met de heer van het gevraagde (de andere partner), Mars om de vraag met een “ja” te kunnen beantwoorden.
Al vaak heb ik benadrukt dat de vraag en uitsluitend de vraag aan de astroloog het mandaat geeft voor de beantwoording ervan. Je mag er dus niets bij verzinnen, maar ook de vraag als zodanig moet duidelijk zijn en geen indirecte, verhulde zaken in zich herbergen.
U ziet dat Venus een conjunctie zou gaan maken met Mars, maar de afstand tussen de planeten is 12 graden en dat is ver buiten de orb die voor Venus en Mars gelden, zie Nieuwsbrief No. 3 voor een uitgebreide beschrijving van de orbs. Zowel Venus als Mars hebben een orb van 7 graden, dus de conjunctie zal niet plaatsvinden binnen de voorwaarden. Het antwoord zou dus moeten luiden: “Nee, u zult niet bij elkaar blijven”.

En nu komt de “overbrenging van het licht” tevoorschijn als de extra factor bij de beoordeling. Want wat is er aan de hand? De Maan staat op 19° Tweelingen. En nu komt de toegevoegde waarde van een gradenbalk tot zijn recht, die ik hieronder zal tonen in eenvoudige vorm om het principe duidelijk te maken.

De Maan separeert van Venus met een sextiel aspect, dus een Ptolemeïsch aspect en het is ook binnen de orb, want Venus heeft 7° orb en de Maan ca. 12°. De Maan appliceert op Mars, eveneens met een sextiel aspect en ook dit aspect is binnen de orb. De Maan heeft hier de functie van “overbrenger van het licht” van Venus naar Mars. Venus had zelf nooit de conjunctie kunnen maken met Mars, vanwege de grote orb (12°) die buiten het toegestane maximum (7°) lag. De Maan echter biedt hier de helpende hand. Zij “draagt het licht” over van Venus naar Mars, zodat het aspect van Venus naar Mars alsnog kan plaatsvinden, zij het met een “omweg”, de Maan.

Dit is dus “overbrenging van het licht” ofwel “translation of light”, zoals het ook al door de oudere generatie uurhoekastrologen werd beschreven, zoals Bonatti, Raphael, William Lilly en een hele generatie uurhoekastrologen sinds de tijd van Ptolemeus. Niet elke planeet kan voor “overbrenging van het licht” zorgen, daar zijn wel diverse voorwaarden voor nodig, die ik hieronder opsom. Onder een Ptolemeïsch aspect wordt verstaan: 0, 60, 90, 120 of 180 graden.

De planeet die het licht overbrengt, moet aan alle voorwaarden voldoen en wel:

  • Sneller zijn dan beide planeten die het aspect niet kunnen maken.

  • Separeren van de eerste planeet via een Ptolemeïsch aspect.

  • Appliceren op de tweede planeet via een Ptolemeïsch aspect.

  • In een essentiële waardigheid staan van de eerste (en ook als het even kan, de tweede) planeet.

Als wij kijken naar deze voorwaarden, dan zien wij:

  • De Maan is sneller dan Venus en Mars.

  • De Maan separeert van de eerste planeet, Venus via een sextiel, een Ptolemeïsch aspect.

  • De Maan appliceert op de tweede planeet, Mars via een sextiel, een Ptolemeïsch aspect.

  • De Maan staat in een essentiële waardigheid van Venus.

Voor dit laatste punt kunt u teruggrijpen op de tabel van Terms van Ptolemeus, waarvan een klein stukje hieronder:

De eerste 7 graden in het teken Tweelingen worden beheerst door Mercurius (dus van 0.00 tot 6.59). Daarna worden de daarop volgende 6 graden beheerst door Jupiter (dus van 7.00 tot 12.59)en vervolgens de daarop volgende 7 graden door Venus (dus van 13.00 tot 19.59).
De Maan staat dus in een gebiedje van het teken Tweelingen dat door Venus wordt beheerst. De Maan staat daar als het ware “in dienst” van Venus. De Maan is “genegen” een dienst te verlenen aan Venus en die dienst bestaat uit een bemiddelende rol tussen de partners met wie het niet zo goed gaat.

Het is dus “een derde persoon” die tussen de vraagsteller en “de zaak” bemiddelt. Via die derde persoon, een relatie van hen beide werd de slechter gaande situatie besproken, een soort van “therapie” werd verleend, waardoor de relatie verbeterde en het wrijving oploste en het probleem als zodanig verdween. Die relatie van hen was dus genegen hulp te bieden, uit vriendschap of sympathie of wat dan ook en dat is dus wat er bedoeld wordt met staan “in een essentiële waardigheid” van de eerste planeet. De relatie werd om raad gevraagd door de vraagsteller en zo kwam een en ander tot ontwikkeling.

Dat is dus vaak de rol die een “derde planeet” speelt bij de “overbrenging van het licht”. Niet de vrager zelf, maar een “tussenpersoon” speelt een cruciale rol bij de zaak in kwestie.

Over die laatste voorwaarde, dus dat de “derde planeet” in een essentiële waardigheid moet staan van de eerste (en liefst ook tweede) planeet, zijn er verschillende meningen tussen de uurhoekastrologen. Sommigen stellen deze voorwaarde niet. Anderen hebben ook  weer andere definities van “translation of light”.

Zo definieert William Lilly translation:

“..als twee significatoren in aspect zijn geweest en dat aspect is vol geweest zodat de snellere planeet zich weg beweegt van de langzamere, en er dan een andere planeet is die sneller is dan beide en separeert van de langzamere en appliceert op de snellere, dan verenigt deze derde planeet de twee andere en draagt het licht over van de langzamere op de snellere….”.

Het bijbehorende plaatje volgens Lilly is dan:

Hier is het Venus, de snellere planeet van de twee die de conjunctie met Mars al heeft gemaakt (in het verleden, vóór de vraagstelling), maar nu buiten de orb is. De Maan fungeert hier als derde planeet, want zij loopt sneller dan Mars en ook sneller dan Venus.

Ivy Goldstein-Jacobson heeft háár versie op het begrip translation of light en Goldstein was geen kleine uurhoekastrologe. Zij zegt: “….als je dezelfde omstandigheden hebt, dus een scheidend aspect tussen twee significatoren, en een derde snellere planeet aspecteert beide planeten, dan heb je overdracht van licht….”.

Het bijbehorende plaatje volgens Goldstein is dan:

De Maan die op 9° Tweelingen staat, is sneller dan Mars en Venus. Zij zal als eerste de planeet Mars inhalen (via een sextiel aspect) en daarna het sextiel met Venus gaan maken. Hier spelen orbs geen rol, want Goldstein vond dat de Maan in een teken (hier Tweelingen) alle aspecten mag maken binnen dat teken, dus het sextiel met Venus, ondanks de 16° orb was toegestaan. Over het feit dat de Maan in een essentiële waardigheid moet staan van de eerste planeet, wordt niet meer gesproken.

Merk op dat in alle gegeven voorbeelden (behalve van Goldstein) ook de planeet Mercurius het licht over kan brengen, want Mercurius is sneller dan Mars en dan Venus. Mits alles binnen de orbs blijft natuurlijk, want Mercurius heeft een orb van 7° en dat is iets kleiner dan de Maan.

Het is dus in de praktijk dat de Maan het meest fungeert als overbrenger van het licht, daarna Mercurius, dan Venus,enz.. Er zijn echter ook situaties dat overbrenging van het licht NIET mogelijk is, namelijk bij de volgende:

Als de Maan en Mercurius de significatoren zijn, dan is er geen snellere planeet te vinden. De afstand tussen de Maan en Mercurius is 12 graden en is groter dan de maximale orb van (7+12)/2 = 9,5°. Hier is er dan geen translation of light mogelijk om de vraag positief te kunnen beantwoorden.

Om het gegeven voorbeeld nog even te vervolgen is het ook zo dat de Maan altijd een mede-significator is van de vraagsteller, zie Nieuwsbrief No. 6.

Zelfs als dit voorbeeld niet als translation of light erkend zou worden (omdat de snellere planeet Venus feitelijk appliceert op Mars), dan nóg is het zo dat hier de Maan als mede-significator van de vraagsteller het werk doet en zelfstandig via een sextiel aspect met Mars de zaak tot voldoening brengt, dus…”JA, de twee mensen blijven bij elkaar” op basis van dit aspect én door de “overbrenging van het licht”, een dubbele getuigenis voor het oordeel van de astroloog.  


Literatuurverwijzingen:

 

1.   William Lilly, Christian Astrology, Book-2, The Resolution of All Manner of Questions and Demands, Astrology Center of America - Bel Air MD, 2004 (oorspr. 1647).

2.   Ivy Goldstein-Jacobson, Simplified Horary Astrology, Frank Severy Publishing, California, 1960.

 

 

Plaatsing pagina: 7 oktober 2009, © J. Ligteneigen
     

 

 

 

 

     

 

 

       

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Teller

 

free hit counter

______________________________________________

Pagina voor het laatst bewerkt op / Page maintained on:   02/07/2023