Klassieke Astrologie
De Tetrabiblos van Klaudios Ptolomaios 

PicoSearch      
  Help
                                                 

 

Menu Klassieke
Astrologie

 

Homepagina


Klassieke Astrologie

 

Kontakt

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Klassiek  tetra1_7.html

 

 

De Tetrabiblos van Klaudios Ptolomaios, Boek-1, Hoofdstuk 7
Dag- en Nachtplaneten


DAG- EN NACHTPLANETEN1.

 

De dag en de nacht zijn de zichtbare verdelingen van de tijd. De dag, in zijn warmte en de activiteit daaraan eigen, is mannelijk.

De nacht, in haar vochtigheid en de geschiktheid om te rusten, is vrouwelijk.

 

Vandaar dat de Maan en Venus Nachtplaneten zijn, en de Zon en Jupiter Dagplaneten. 

 

Mercurius is van gemeenschappelijke aard: hij is Dagplaneet als Morgenster en Nachtplaneet als Avondster. 

 

Van de andere twee planeten, Saturnus en Mars die schadelijk2 zijn, wordt er één beschouwd als Dagplaneet en de andere als Nachtplaneet. Geen van beide echter zijn toegekend naar de indeling van tijd, waarmee zijn natuur overeenkomt (zoals hitte overeenkomt met hitte), maar elk van hen wordt toegewezen op basis van een tegengestelde werking.

 

En het is om deze reden dat, hoewel het voordeel wordt vergroot als een gunstig temperament een toevoeging ontvangt van zijn eigen aard, het slechte dat voortkomt uit een kwaadaardige invloed, veel wordt verzacht als ongelijke kwaliteiten worden vermengd met die invloed.

 

Vandaar dat de koude van Saturnus wordt toegekend aan de dag om balans te brengen in zijn hitte en de droogte van Mars wordt toegekend aan de nacht om balans te brengen in haar vochtigheid.

Aldus wordt elk van deze planeten in een toestand geplaatst om een weldadige invloed te geven door de matiging van deze combinaties. 3+4 

 

 

_________________________________ voetnoten door J. Ligteneigen

 

1. Dit hoofdstuk uit de Tetrabiblos is erg kort.

2. Mars en Saturnus, zie ook Tetrabiblos, hoofdstuk-5.

3. Deze indeling door juist tegengestelde temperamenten te mengen voor de malefics is ongelooflijk belangrijk om goed te begrijpen hoe de
   "tripliciteiten" zijn ingedeeld. Dit komt in hoofdstuk-21 uitgebreid aan bod.

 

Uiteindelijk resulteert dit in de volgende toekenning:

 

Dag Dag Dag Beide         Nacht Nacht Nacht

 

De planeten behoren tot een zogenaamde "sect". In het Grieks heet dit "hairesis". Een planeet kan dus behoren tot de "sect van de Zon" en in de Engelse literatuur wordt dit "diurnal" genoemd of een planeet behoort tot de "sect van de Maan" ofwel "nocturnal.

Een zogenaamde "diurnal" planeet is dus een dagplaneet en een "nocturnal" planeet is een nachtplaneet.

 

4. Whally die ook de Tetrabiblos heeft vertaald, voegt hier de volgende notitie toe, een uiterst belangrijke notitie die door iedereen vergeten is.

    "...aan dit hoofdstuk mag toepasselijk worden toegevoegd dat een planeet diurnal is, als hij in een daghoroskoop boven de Aarde staat en in een
    nachthoroskoop onder de Aarde staat.
    Een planeet is nocturnal als hij in een nachthoroskoop boven de Aarde staat en in een daghoroskoop onder de Aarde...." 6 

6. Een daghoroskoop is een horoskoop, waarbij de Zon boven de lijn Ascendant - Descendant staat, dus in de huizen 7 t/m 12. Een nachthoroskoop
    is een horoskoop waarbij de Zon onder de horizon staat, dus in de huizen 1 t/m 6.

 

 

 

Start pagina: 9 februari 2008, © J. Ligteneigen

 

 

 

 

     

 

 

       

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

______________________________________________

Pagina voor het laatst bewerkt op / Page maintained on:   02/07/2023