Klassieke
Astrologie |
||
Menu
Klassieke
Homepagina
|
Klassiek > tetra1_2.html
De
Tetrabiblos van Klaudios Ptolomaios, Boek-1, Hoofdstuk 2
De Zon, die altijd in verbinding met de atmosfeer in werking is, draagt bij tot de regulatie van alle aardse zaken. Niet alleen door de afwisseling van de seizoenen brengt hij het embryo van dieren tot stand, of de knoppen van planten, de bronnen van wateren en de verandering van lichamen, maar ook door zijn dagelijkse voortgang werkt hij in op veranderingen van licht, hitte, vocht, droogte en koude, afhankelijk van zijn positie met betrekking tot het zenit1.
De Maan, die van alle hemellichamen het dichtst bij de Aarde staat, verspreidt ook haar invloed; en levende dingen en niet-levende zaken sympathiseren en veranderen met haar mee. Door de veranderingen van haar verlichting (van haar oppervlak), zwellen rivieren op of nemen weer in omvang af, de getijden van de zee worden beheerst door haar opkomst en ondergang, en planten en dieren worden groter of nemen in grootte af, in dit geheel of gedeeltelijk, naarmate zij toe- of afnemend is.
De sterren (zowel de vaste sterren als de planeten) die hun omwentelingen uitvoeren, veroorzaken vele indrukken op de atmosfeer. Zij veroorzaken hitte, winden en stormen en de aardse dingen worden hieraan onderworpen. En verder veroorzaken de onderlinge configuraties van al die hemellichamen, door hun invloed te mengen waarmee elk is voorzien, een grote hoeveelheid veranderingen. De kracht van de Zon blijft echter domineren, de andere hemellichamen werken ofwel mee met zijn kracht of verminderen juist zijn effecten. De Maan voert dit regelmatiger uit en ook meer duidelijk bij haar samenstand, bij haar Eerste en Laatste Kwartier en bij haar oppositie. De planeten werken op een soortgelijke manier, maar met een langer tijdsinterval en meer verborgen dan bij de Maan en hun werking hangt voornamelijk af van hun zichtbaarheid, hun bedekking2 en hun declinatie.
Vanuit deze aannames volgt dat niet alleen de (aardse) lichamen die al gevormd zijn, zijn onderworpen aan de beweging van de sterren, maar dat ook de impregnatie en de groei van de zaken, van waaruit al deze lichamen ontstaan, worden aangekleed en gevormd door de toestand die in de atmosfeer bestaat op het moment van zulke impregnatie en groei. En is het is op dit principe gebaseerd dat de meer oplettende en waarnemende landbouwer en schaapsherder gewend is om gevolgtrekkingen te maken uit de bijzondere winden die plaatsvinden bij de zaaitijd en bij de impregnatie van hun vee, om voorspellingen te doen over de kwaliteit van het voortgebrachte.
Kortom, hoe ongeletterd in de natuurfilosofie deze mannen ook zijn, toch kunnen zij uit hun voorgaande observaties alle algemene de gebruikelijke effecten voorspellen die voortkomen uit de duidelijke en zichtbare configuraties van de Zon, Maan en de planeten. Men kan dagelijks waarnemen dat zelfs de meest ongeletterde personen met geen andere hulp dan hun eigen ervaren waarneming, in staat zijn om gebeurtenissen te voorspellen die het gevolg zijn van de uitgebreide invloed van de Zon en de meer eenvoudige toestand van de atmosfeer en die niet beïnvloed worden door veranderingen als gevolg van de complexe configuraties van de Maan en de planeten ten opzichte van de Zon. Er zijn echter onder de wilden (ongeciviliseerden) wezens die heel duidelijk ook voorspellingen doen, en zij gebruiken dit wonderlijke instinct bij de veranderingen van de diverse seizoenen van haar jaar, voorjaar, zomer, herfst en winter en ook bij de veranderingen van de wind.
Bij het veroorzaken van veranderingen van de seizoenen is de Zon zelf de voornaamste en werkende zichtbare kracht. Er zijn echter ook andere gebeurtenissen die niet op zo'n eenvoudige manier worden aangegeven, maar die afhankelijk zijn van lichte verwikkelingen van oorzaken in de atmosfeer. Die zijn ook van tevoren bekend bij personen die hun observaties juist daarop richten. Van deze soort (veranderingen) zijn stormen, windvlagen die veroorzaakt worden door bepaalde aspecten van de Maan of van de vaste sterren met de Zon door hun bepaalde banen en de nadering ervan wordt gebruikelijk al gezien door zeelieden.
Tegelijkertijd zijn de voorspellingen die door dit soort lieden gedaan worden vaak foutief vanwege hun tekortkomingen in de wetenschap en hun voortdurende onmogelijkheid om de noodzakelijke aandacht te geven aan de tijd en de plaats of aan de omwentelingen van de planeten, allemaal omstandigheden wanneer die nauwkeurig omschreven en begrepen worden, zullen leiden tot een nauwkeurige voorkennis.
Wanneer daarom een grondige kennis van de beweging van de sterren en van de Zon en de Maan zal zijn verkregen en als de situatie van de plaats en de tijd en alle configuraties die op dat moment bestaan op die tijd en die plaats ook grondig bekend zijn en zulke kennis dan verder verbeterd wordt door kennis van de eigenschappen van deze hemellichamen - niet waaruit ze bestaan, maar van de invloed die ze bezitten, zoals bijvoorbeeld dat hitte een eigenschap is van de Zon en vochtigheid van de Maan en dat andere specifieke eigenschappen ook aan hen toebehoren - wanneer dus al deze kwalificaties ten behoeve van voorkennis door iemand zijn verkregen, dan is er geen hindernis die hem van dit inzicht afhoudt die door de natuur wordt aangeboden en zijn eigen beoordeling is, naar de effecten die ontstaan door de verscheidene invloeden die met elkaar vermengd zijn.
Hij zal dus in staat zijn om de eigenaardige toestand van de atmosfeer in elk seizoen te voorspellen, zoals bijvoorbeeld met betrekking tot grotere hitte of vochtigheid of andere gelijksoortige eigenschappen, die allemaal kunnen worden voorzien door de zichtbare positie of configuratie van de planeten en de Maan ten opzichte van de Zon.
Aangezien het aldus duidelijk toepasbaar is, door een nauwkeurige kennis van de bovengenoemde punten, om voorspellingen te doen betreffende de juiste eigenschappen van de seizoenen, zo schijnt er ook geen hindernis te zijn in het doen van een soortgelijke voorspelling betreffende de bestemming en toestand van elk menselijk wezen. Want door de toestand van de atmosfeer, zelfs op het moment van de allereerste schikking van het individu, kan de algemene toestand van het temperament van dat individu worden waargenomen en ook de lichamelijke vorm en de mentale mogelijkheden waarmee de persoon is behept tijdens zijn geboorte, kunnen worden uitgesproken, alsmede de gunstige en ongunstige gebeurtenissen die worden aangegeven door de toestand van de atmosfeer en die geneigd zijn om het individu in bepaalde toekomstige perioden te vergezellen. Aangezien bijvoorbeeld een gebeurtenis die afhankelijk is van één toestand van de atmosfeer gunstig is voor een bepaald temperament en dat van een andere (toestand) ongunstig is en schadelijk. Uit deze omstandigheden en andere van gelijksoortig belang, is de mogelijkheid van voorkennis zeker duidelijk.
Er zijn echter enkele aanvallers van deze leer wier aanvallen, hoewel heel erg verkeerd toegepast, toch de moeite waard zijn om er stil bij te staan. Op de eerste plaats vergt deze wetenschap de grootste studie en een constante aandacht voor de veelheid van verschillende punten en aangezien alle mensen die er onvoldoende in hebben geoefend noodzakelijkerwijs vaak fouten maken, is er gesuggereerd dat zulke gebeurtenissen die daadwerkelijk waren voorspeld, alleen maar per toeval plaatsvonden en niet vanuit enige werkende oorzaak in de natuur. Het moet echter herinnerd worden dat dergelijke fouten voortkomen uit een incompetentie van ongekwalificeerde personen die dit uitvoeren en niet uit enige onvolkomenheid van deze leer of uit een gebrek aan kracht in deze leer. En behalve dit , de meerderheid van personen die zichzelf uitroept als professor van deze wetenschap, begunstigen zichzelf vanwege haar naam en geloofwaardigheid omwille van een andere soort waarzeggerij en daarmee bedonderen zij de onwetende en doen zij alsof zij vele dingen kunnen voorspellen die, van hun aard totaal niet van tevoren bekend kunnen zijn en als gevolg daarvan bieden zij de mogelijkheid aan de meer intelligente mensen om de waarde van zulke voorspellingen te bekladden, zelfs indien deze wel degelijk op rationele gronden gedaan kunnen worden. De berisping die op die manier op de wetenschap wordt uitgevoerd, is geheel onverdiend. Want het zou net zo onjuist zijn om alle andere takken van filosofie te veroordelen, omdat er onder diens professoren enkele lieden zijn die doen alsof.
Ten tweede kan het niet ontkend worden dat enig individu, alhoewel hij de grootst mogelijke nauwkeurigheid heeft nagestreefd in de wetenschap, alsnog een neiging heeft om vaak fouten te maken, die voortkomt uit de aard van zijn acties en vanuit de zwakte van zijn beperkte capaciteit in vergelijking met de grootte van zijn (studie)doel. Want de gehele theorie van de aard van de zaak wordt meer ondersteund door gevolgtrekkingen (of afleidingen) dan door een positief en wetenschappelijk bewijs en dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de samenpakking van het temperament uit een veelheid ingrediënten die niet aan elkaar gelijk zijn. En alhoewel de eerdere configuraties van de planeten bepaalde gevolgen veroorzaakt hebben (die dan aangepast worden aan de configuraties die in het heden plaatsvinden) en na langere perioden en in meer of mindere mate lijken op daarna volgende configuraties, toch kunnen zulke latere configuraties nooit dezelfde worden als diegene die ervoor optraden. Want een volledige terugkeer van alle hemellichamen in exact dezelfde situatie waarin zij ooit eens stonden met betrekking tot de Aarde zal nooit plaatsvinden, tenminste niet in een periode die door menselijke berekening mogelijk is, welke ijdele pogingen ook gedaan worden om zulke onbereikbare kennis te verkrijgen3.
Hieruit komt dus de voornaamste moeilijkheid voort in de overweging van gebeurtenissen die door de atmosfeer worden veroorzaakt. De voorbeelden waarnaar verwezen wordt als een leidraad kunnen daardoor niet dezelfde zijn als de bestaande gevallen waaraan deze nu worden toegepast. Het moet hieruit vanzelfsprekend volgen dat voorspellingen soms niet voortkomen uit de gebeurtenissen (in de atmosfeer). Vandaar dat dit de enige moeilijkheid is in de overwegingen van gebeurtenissen die door de atmosfeer veroorzaakt worden. Want tot nu toe is er geen enkele andere gelijktijdig optredende oorzaak gecombineerd met de beweging van de hemellichamen, alhoewel de leer der geboortehoroskopen, vooral dat deel dat gerelateerd is aan een bijzonder individueel temperament, ook een beschouwing vereist van andere optredende oorzaken die noch onbelangrijk zijn noch nietig, maar juist essentieel krachtig zijn bij het beïnvloeden van de individuele eigenschappen van de geborene.
Dus de verscheidenheid in het zaad heeft voorname invloed op het verschaffen van de bijzondere eigenschappen van elke soort, want onder precies dezelfde toestand van de atmosfeer en van de horizon zal elk verschillend soort zaad overwegend de verschillende vorming bepalen van de eigen soort: dus de mens die geboren wordt, het paard dat gefokt is en door de zelfde wetmatigheid worden alle andere verschillende wezens en producten der Aarde voortgebracht. Het moet ook herinnerd worden dat aanzienlijke verschillen worden veroorzaakt in alle wezens door de verschillende plaatsen waar zij worden voortgebracht, want alhoewel onder dezelfde toestand van de atmosfeer kunnen de zaden van toekomstige wezens van de ene soort zijn - of dat nu mens of paard is - het verschil in de situatie van de plaats waarin zij worden voortgebracht, veroorzaakt een ongelijkheid in het lichaam en de geest van de ene ten opzichte van de ander. Bovendien moet overwogen worden dat de verschillende manieren van opvoeding en de verscheidenheid van rangorde, manieren en gewoonten allemaal bijdragen aan een verschil in levensloop van de een en van de ander4.
Hieruit volgt dat, tenzij elk van deze verschillende omstandigheden nauwkeurig wordt gecombineerd met de oorzaken die in de atmosfeer optreden, de beoordeling van elke gebeurtenis zonder twijfel erg incompleet zal zijn. Want hoewel de grootste verscheidenheid aan krachten in de atmosfeer aanwezig is en hoewel alle andere dingen gebeuren als gelijktijdig optredende oorzaken, kunnen deze optredende dingen nooit als onderdanig worden beschouwd (aan de toestand in de atmosfeer). Er zal niettemin steeds een grote tekortkoming optreden in de voorspellingen aan de hand van de hemelse bewegingen op zich als er geen aandacht wordt gegeven aan de andere gelijktijdig optredende oorzaken, waarnaar zojuist verwezen is.
Onder deze omstandigheden zou het wijs zijn noch de toepasbaarheid van voorkennis te ontkennen omdat voorspellingen die op deze manier op onvolkomen wijze worden verkregen soms neigen foutief te zijn, noch aan de andere kant toe te geven dat zomaar alle gebeurtenissen van tevoren onderzocht kunnen worden alsof zo'n onderzoek in alle gevallen uitgevoerd kan worden zonder dat het beperkt wordt door de nauwe afmetingen van puur menselijke mogelijkheden,
De kunst van de navigatie bijvoorbeeld wordt niet verworpen, alhoewel het in vele opzichten incompleet is. Daarom kan het feit alleen dat voorspellingen soms imperfect zijn, niet de rechtvaardiging zijn van het verwerpen van de kunst van voorkennis. Juist de omvang van het bereik en de vage gelijkenis dat het heeft met een heilige eigenschap zou eigenlijk dankbare complimenten moeten opleveren en de meeste hoogachting en aandacht moeten krijgen.
Aangezien er geen zwakte aan een arts wordt toegekend als hij informeert naar de individuele gewoonten van zijn patiënt of naar de aard van zijn ziekte, zo kan er ook geen zwakte worden toegekend aan de professor van vooruitblik, alleen maar omdat hij de soort, opvoeding, scholing en land in beschouwing neemt in de bewegingen van de hemel. Want als de arts redelijk handelt in het beschouwen van de toestand van de zieke persoon en zijn ziekte, moet het, om voorspellingen te maken net zo rechtvaardig toegestaan zijn om alles wat met het onderwerp te maken heeft te omvatten in de beschouwingen van de bewegingen van de hemel en dit te verzamelen en te vergelijken met die beweging en alle andere medewerkende omstandigheden die elders optreden.
____________________ voetnoten J. Ligteneigen
1. Zenit is het hoogte punt dat een hemellichaam kan bereiken in de hemel. De Zon bereikt haar hoogste punt op het midden van de dag, de Maan en de planeten en de sterren bereiken elk hun hoogste punt, maar dit is afhankelijk van de positie die ze innemen in hun baan en de waarnemingsplaats op Aarde.
2."Occultation" is de Engelse tekst en hiermee wordt waarschijnlijk bedoeld dat de planeten kunnen worden bedekt door de Zon en Maan wanneer deze precies over hen heen bewegen in de ecliptica. Hiervoor dienen de lengte en breedtegraad precies dezelfde te zijn met een kleine marge, omdat de Zon en Maan door hun enorme afmetingen van hun schijf de planeet al eerder kunnen bedekken.
3. Er zijn later allerlei berekeningen gemaakt na hoeveel jaar dezelfde configuraties van de planeten weer optreden, De precessie van de equinox bijvoorbeeld met een omlooptijd van ruim 25.000 jaar zorgt er voor dat dezelfde configuratie in de tekens (en sterrenbeelden) pas weer na ca. 25.000 jaar kan voorkomen
4. Een mooi voorbeeld hiervan is de gelijktijdige geboorte op 4 juni 1738 in de St. Martin's parochie (Engeland) in dezelfde ziekenzaal van Samuel Hemmings (de zoon van een smid) en de zoon van Koning George-III. Over dit bijzondere voorval zal ik nog een aparte pagina wijden.
Geplaatst: 10 juni 2008, © J. Ligteneigen |
|
|
______________________________________________ Pagina voor het laatst bewerkt op / Page maintained on: 02/07/2023 |