BOEKBESPREKING

Charles E.O. Carter

The Zodiac and the Soul

PicoSearch      
  Help
                                                 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Home 

The Zodiac and the Soul

AUTEUR: Charles E.O. Carter

UITGEVER: C.F. Hodgson & Son Ltd., London 1947

OMVANG:   98 blz.

ISBN: onbekend; harde kaft;

Engelstalig

PRIJSINDICATIE: ca. 40 EURO   

                                                                                      

Het boek dat ik hier bespreek is de versie uit 1947, het vierde boek van Carter. De oorspronkelijke versie verscheen in 1928. Het kan zijn dat er al nieuwere drukken zijn verschenen, maar eerlijk gezegd, betwijfel ik dat, omdat dit boek niet zo populair werd als enkele andere boeken van Carter.

Het boek bestaat uit 7 hoofdstukken en bevat 9 horoskoopfiguren als voorbeelden bij de tekst. Het zijn stuk voor stuk bijzonder leerzame horoskopen en de moeite waard om aandachtig te bestuderen al zijn ze uit de 19e en 20e eeuw. Men een goed astrologie programma kunt u ze gaan narekenen en uw eigen versie ernaast houden.

Het boekje bevat tevens een index, maar het aantal onderwerpen hierin is zeer gering en dit maakt de index bijna overbodig in zijn huidige vorm.Het was beter geweest om de index dan uit te breiden.

In eerste instantie heb ik dit boek ervaren als een moeilijk te lezen boek, maar na dit werk alsnog een keer gelezen te hebben en daarna nog eens een derde keer is de bedoeling van de schrijver duidelijk geworden en is alles nu begrijpelijk.

Hoofdstuk-1: 

Dit bevat een mooie uiteenzetting en indeling van de zodiak, zoals de Ouden dit ook al deden: het beginsel van de polariteit, de indeling tussen mannelijke- en vrouwelijke tekens. De positieve tekens manifesteren zich duidelijk en treden op de voorgrond en de Zon is hiervan de duidelijke vertegenwoordiger.
De vrouwelijke tekens zijn meer ingetogen, uiten zich minder duidelijk en hiervan is de Maan de belangrijkste vertegenwoordigster.

Deze tweedeling is een vervolg op het oeroude principe dat de Chaldeeërs al hanteerden: "De Monade wordt uitgebreid en wordt de Twee". De Monade of het EEN is het universele principe van kracht en mystiek: het is er altijd en alles valt uiteindelijk weer terug op dit EEN. De deling naar positieve- en negatieve tekens is dus de deling naar de TWEE. Ook hier is alles in evenwicht. Er zijn net zoveel positieve- als negatieve tekens.

Dan kunnen de positieve tekens worden verdeeld in twee groepen: vuur en lucht en ook de negatieve tekens worden in twee groepen verdeeld: water en aarde. Deze vier groepen vormen de elementen die al een zeer lange geschiedenis achter de rug hebben. Volgens de oude planetenindeling beheersten de planeten Mercurius, Venus en Saturnus allemaal één aardeteken en één luchtteken.
Het koppel Zon-Maan beheersten Vuur en Water en de overige planeten Mars en Jupiter beheersten ook één vuurteken en één waterteken. Hiermee was ook weer een zekere harmonie bereikt, tot de moderne planeten werden ontdekt natuurlijk.

Aarde en Lucht regeren voornamelijk het mentale deel van de mens, terwijl Vuur en Water het emotionele beheersen. Vuur en Water hebben meer gemeenschappelijk dan men op het eerste moment denkt.

Daarna behandelt Carter de drie Quadrupliciteiten, elk bevattende 4 tekens. Ook hier is het oude Chaldeeuwse principe "in elke wereld is er een Triade, waarvan het EEN het overheersende principe is" de belangrijkste drijfveer. Dit is een eeuwenoud principe en de gehele astrologie maakt hier nog steeds gebruik van. De Quadrupliciteiten heten ook wel de kwaliteiten of de Modi, en dit zijn dan de Hoofd-- de Vaste- en de Beweeglijke tekens.

Het EEN wordt de TWEE en de TWEE wordt de DRIE door de komst van een derde factor die de gemeenschappelijke factor is. Zo zijn er de Hoofdtekens die de allerbelangrijkste zijn (Ram, Kreeft, Weegschaal en Steenbok). Deze tekens staan voor beweging, actie. De reden dat die tekens actie voeren en in beweging zijn, ligt bij de Vaste tekens (Stier, Leeuw, Schorpioen en Waterman). Deze tekens hebben iets te bieden: voedsel, geld, zekerheid.
Om dit te verkrijgen moet er iets gedaan worden, strijd leveren en initiatieven nemen. Zonder dit kan het doel niet bereikt worden.

De Vaste tekens lokken dus de akties van de Hoofdtekens uit. Het kenmerkende van de Vaste tekens is stilstand, niet-beweging. De Beweeglijke tekens vormen steeds de gemeenschappelijke factor die nodig is tussen het Hoofdteken en het Vaste teken. Het zijn ook de gereedschappen die de mens gebruikt in zijn acties om het doel te bereiken.
Als de klassieke planeten worden beschouwd als heersers van de Hoofd- en Vaste tekens, dan vinden wij het koppel Zon-Maan en Venus, Mars en Saturnus.
De Beweeglijke tekens worden dan geregeerd door Mercurius en Jupiter: de mentale planeten.

Daarnaast schenkt Carter nog aandacht aan drie andere termen uit de occulte wetenschap: Liefde, Wijsheid en Kracht die elk worden toebedeeld aan tekens en planeten.
Vervolgens worden de elementen en kwaliteiten nog eens doorgenomen naar allerlei facetten van het leven.

Hoofdstuk-2: "The Zodiac and the Unfoldment of the Soul

Carter zet hier zijn visie uiteen over de menselijke ziel en hoe deze zich ontwikkelt door de vele incarnaties. De ziel is eeuwigdurend en kan niet zoiets als de dood beleven. De mens is uitgerust met een zekere intelligentie. Die heeft hij van de Creator meegekregen en dit alles moet een bepaald doel hebben.
De mens heeft een doel en dat eeuwigdurende doel is analoog aan de zodiak, ook een cirkel, een ring zonder begin en einde. Carter begint een bespreking van de eerste drie tekens Ram, Stier en Tweelingen, de eerste en de meest primitieve tekens, zoals al bleek uit het onderzoek dat Carter deed en elders op deze website is gepubliceerd, zie Some Principles of Horoscopic Delineation.

Elk van deze drie tekens behoort tot een van de drie kwaliteiten (quadrupliciteiten of modi). Daarna behandelt Carter de overige 3 sets van drie opvolgende tekens en bespreekt hierin de tekens en de planeten met de meeste aandacht voor de laatste drie opvolgende tekens Steenbok - Waterman en Vissen, het hoogste ontwikkelingsstadium van de zodiak.

Hoofdstuk-3: "The Signs and Planets as Cosmic Ideals"

Elk teken kan beschouwd worden als een kosmisch principe of een kosmisch ideaal en elk van deze principes geeft een typische menselijke deugd (en ondeugd), hoewel het niet altijd eenvoudig is om deze deugden met een goede term te omschrijven. 
De 12 tekens worden hier wat meer uitgebreid besproken. Bij elk teken wordt verklaard wat het eigenlijke kosmische doel is, welke deugden dit voor de mens kan opleveren en welke negatieve eigenschappen hier ook aan verbonden zijn. Een zeer nuttig en essentieel stukje astrologie!

Bij de bespreking van de planeten is Carter wat terughoudend. Zoals de tekens hun kosmische doel hebben, zullen de planeten dit ook hebben, maar Carter waarschuwt ervoor dat het kosmische doel van een planeet lang niet altijd even duidelijk zal uitwerken. Ten eerste zijn planeten fysieke objecten, dus anders dan de tekens en ten tweede is onze kennis van de planeten niet kompleet. De middeleeuwse astrologen (en ook die uit de Oudheid) hadden een harmonisch geheel met de 7 oude planeten en zij hadden hieruit een gesloten systeem geconstrueerd met heerserschappen, val en verhoging. De recente ontdekking van Uranus, Neptunus en Pluto heeft in dit opzicht roet in het eten gegooid.

Carter doet een mooie poging om de ontwikkeling van de menselijke ziel te verklaren met het systeem van planetaire verhogingen en dit verhaal is werkelijk erg aannemelijk.

Van hieruit gaat Carter verder om te verklaren wat slechtheid in wezen is. Het is iets dat ontstaat uit het contact tussen de ziel en de "niet-ziel". Door dit contact leert de ziel wat haar kracht werkelijk is, welke mogelijkheden zij werkelijk heeft. Dit inzicht kon nooit ontstaan als de ziel op zichzelf was gebleven en geen contacten had gehad met iets buiten zichzelf.
Slechte configuraties tussen planeten, waarvan het vierkant is gerelateerd aan Mars en de oppositie aan Saturnus geven de werkelijke contacten aan tussen de ziel en de materiële omstandigheden van de mens. Deze contacten geven prikkels tot zelfontwikkeling.
De Grieken zeiden "Oorlog is de ouder van alle dingen" en dit gezegde krijgt veel astrologische ondersteuning, want het is uit strijd en conflict dat kracht en macht zich beginnen te ontwikkelen. Zelfs de zogenaamde "slechte aspecten" leveren tot altijd weer een zekere weerbaarheid, schranderheid en het vermogen om te roeien met de riemen die men heeft. Zoals Carter zegt: "slechte aspecten zijn net als de littekens op het gezicht van een veteraan, die staan voor moed, uithoudingsvermogen en durf en ervaring".

Hoofdstuk-4: "The Zodiac as a Path to the Good"

Het "goede" heeft een speciale relatie met ons gedrag en onze acties. In dit hoofdstuk zet Carter uiteen hoe het principe van "het goede" in de mens werkt en hoe dit in de astrologische symbologie terug te vinden is.

Vanuit een occult standpunt kan men zeggen dat de Heilige Goedheid of de Heilige Voorzienigheid continu in de kosmos straalt en zich manifesteert en dat dit ook de mens bereikt. Maar door het misbruik van zijn mogelijkheden schept de mens een scheiding tussen zichzelf en die oneindige goedheid. Het is dus zaak om de afwijkingen te vinden waardoor die scheiding tot stand komt.

Carter geeft hiervoor drie oorzaken: 1) door overvloedige effecten, 2) door tekorten en 3) door een incorrect gebruik van de krachten die tot ons komen. Als voorbeeld geeft Carter het principe op de planeet Mars toegepast. Iemand kan een overschot aan Mars activiteiten hebben, zodat er geen rust in hem is, maar hij kan ook te weinig Mars in zich hebben en daarmee wordt hij week, timide en lui. Hij kan ook een geafflicteerde Mars hebben (door aspecten) en daardoor ruzieachtig of wreed zijn.
Technisch gezien komen deze verstoringen overeen met :
1) de aanwezigheid van veel planeten in het teken, waarin de betrokken planeet staat of de prominentie van de planeet in kwestie.
2) de aanwezigheid van veel planeten in het teken van de tegengestelde planeet of de prominentie van die tegengestelde planeet met een corresponderende zwakte van de planeet in kwestie
3) de aanwezigheid van ernstige afflicties op de planeet in kwestie door plaatsing in teken of door aspect.

Als Mars weer als voorbeeld wordt genomen, dan is de aanwezigheid van veel planeten in Ram of Schorpioen een aanwijzing voor overvloed. Ook een prominente Mars wijst hier op. Als dit niet zo is, maar er staan veel planeten in Stier of Weegschaal, dan is er sprake van een tekort aan Marswerking. Hetzelfde geldt als Venus erg prominent staat.
Als Mars erg geafflicteerd staat en veel afflicties komen vanuit Ram of Schorpioen dan geldt de derde conditie.

Hoe dit ook uitpakt, men kan niet concluderen dat de mens hierdoor een slecht gedrag vertoont ondanks dat een en ander een vorm van onbalans is.
Hierna gaat Carter verder met een nadere uitwerking van de positieve- en negatieve tekens, een bijzonder goede beschrijving van de tendensen tussen positief en negatief.

Daarna keert Carter weer terug naar de indeling van de quadrupliciteiten (ofwel kwaliteiten) op basis van de Indiaase filosofie. De drie paden naar het Goede zijn die van Goed Werk, Devotie en Begrip - Dharma Marga, Bhakta Marga  en Gnana Marga. Elk van deze kwaliteiten kunnen gericht zijn naar het praktische leven (Karma Marga) of naar het EEN, het mystieke leven (Raja Marga), waarbij de relatie bestaat met de resp. malefics en benefics.
Het ideale principe van het Hoofdkruis is Goedheid en is verankerd in de Wil. Het Vaste kruis heeft als ideaal Schoonheid en beroept zich op ons hart en onze smaak.. Het Beweeglijke kruis heeft als ideaal de Waarheid en beroept zich op ons verstand en ons hoofd.

Carter geeft hierna meer details voor elk van de elementen op basis van deze indeling en tevens geeft hij een tabel voor de eigenschappen van de elementen Vuur, Aarde, Lucht en Water in geval van overschot, tekort of misbruik, de ideeën, waarmee Carter dit hoofdstuk begon

Hoofdstuk-5: " A Final Inquiry"

In dit hoofdstuk houdt Carter zich bezig met de vraag of we de werkelijke toestand van de ziel kunnen aflezen uit de horoskoop. Hij baseert zich op de filosofie dat de ziel contacten moet hebben met iets anders dan zichzelf om zich te ontplooien en zich bewust te worden van zijn kracht en mogelijkheden. Aangezien de mens in een materiële wereld leeft, zal de menselijke ziel geconfronteerd worden met het materiële leven en hieruit ontstaan conflicten en treedt "vervuiling"op in de vorm van liefde en haat.

Tussen de levens door die op Aarde worden doorgebracht, zal de ziel terugkeren naar een kosmische toestand die overeenkomt met zijn niveau. Als de ziel daar voldoende lang heeft doorgebracht en deze weer wordt aangetrokken door het nieuwe leven op Aarde, dan zal de spirituele impuls voor nieuwe ervaringen en ontwikkeling weer geactiveerd worden en de ziel naar indalen in een menselijk lichaam op een dusdanig tijdstip dat de hemelse condities precies overeenkomen met de ziele-inhoud of ziele-niveau, zijn wensen, keuzes en aspiraties.

Dus als het de ziel niet is gelukt om de juiste afstemming te krijgen tussen zijn inhoud en het voorgaande leven, dan ontstaat hier een nieuwe kans om dit alsnog te bereiken via de geboorte op een dusdanig tijdstip dat de horoskoop in overeenstemming is met de wensen, en aspiraties van de ziel.

Het wordt hieruit duidelijk dat de horoskoop het algemene doel aangeeft wat de ziel wil volgen. Eenmaal afgedaald in het menselijk lichaam is er geen weg meer terug en is overgeleverd aan de materiële omstandigheden en zoekt naar bescherming en voedsel. Zelfbewustzijn, intelligentie en ook pijn zijn allemaal gevolgen van de aanpassingen die de ziel moet doen naar de omstandigheden waarin hij komt te verkeren. Daarom concluderen wij bijvoorbeeld dat slechte aspecten een zekere geesteskracht  aangeven en soms ook van lichaam.

Het grootste probleem bij de beoordeling van een horoskoop is om te zien of bepaalde configuraties nu inwerken op het karakter en welke nu bepaalde gevolgen hebben voor ons lot,zoals gezondheid, werk, geld of bezittingen. Vaak worden beide aangegeven, soms maar één van die zaken.
Waarschijnlijk is het zo dat wanneer de persoon zich realiseert wat zijn zieletoestand is, hij het materiële leven minder belangrijk vindt, en dus de karaktereigenschappen door de configuratie het meeste worden beïnvloed.
Aan de horoskoop kan moeilijk of onmogelijk worden gezien wat het niveau is van de ziel van die persoon. Het is juist daarom dat een treffende analyse zo weinig voorkomt en dat progressies soms verkeerd worden geïnterpreteerd.
Wij, astrologen, zien de werkelijke oorzaken niet, alleen de gevolgen. Het mysterie van de ziel zal met onze huidige astrologische kennis niet snel worden overzien en dit kan wellicht nog honderden jaren duren. Waarom iemand juist precies dié horoskoop heeft en wat de ziel precies moet gaan beleven, zal voorlopig nog een raadsel blijven.

Aan het einde van dit hoofdstuk bespreekt Carter nog een keer uitgebreid de vier elementen vanuit het gezichtspunt van de mystieke leer in samenhang met de ontwikkeling van de ziel.

 

Hoofdstuk-6: " The Zodiac and the Art of Directing"

Dit hoofdstuk en ook het laatste zijn de meest concrete hoofdstukken van dit boek. Aan de hand van praktische voorbeelden wordt getoond met welke directie-systemen bepaalde successen kunnen worden behaald. Met behulp van deze 2 hoofdstukken heb ik diverse horoskopen nagerekend en bekeken of de beweringen van Carter kloppen t.a.v. de progressies op datum.

Volgens Carter is het zo dat de meeste progressiesystemen niet goed werken, omdat ze alleen maar gebaseerd zijn op astronomische feiten en niet op een symbolisch systeem. In de afgelopen eeuwen heeft men zich voornamelijk geconcentreerd op de gemiddelde voortgang van de Radix Zon en de planeten, hetzij in lengte, hetzij in Rechte Klimming. De resultaten die hiermee behaald zijn, waren soms uitstekend en vaak ook teleurstellend. 
Carter stelt dan ook een aantal symbolische directiesystemen voor en geeft hierbij steeds voorbeelden van bekende personen.

1) De één-graad methode: 
Deze kan gebruikt worden voor planeten en voor huizencusps, vooropgesteld dat deze nauwkeurig berekend zijn. Carter stelt zelfs dat je hiermee een horoskoop kan rectificeren. De planeet of cusp wordt voortbewogen met 1 graad per jaar. Carter geeft voorbeelden van zijn eigen horoskoop, waar Uranus op 12.24 Weegschaal staat en Jupiter op 5.20 Schorpioen. De afstand bedraagt 22.56, overeenkomend met januari 1910, het jaar waarin Carter met astrologie in aanraking kwam. Zijn Zon staat op 11.49 Waterman en de progressieve Zon driehoek Jupiter zou vollopen na.23.31 graden (=jaar).
Carter vindt de uitwerking van dergelijke aspecten voornamelijk psychologisch van aard en heeft ook ervaren dat ze vaak wat later uitwerken dan hun tijdstip van exact vollopen. De toepassing van de één-graad methode op basis van Rechte Klimming zou nog exacter zijn en slechts enkele dagen afwijken.

2) Als variatie op de één-graad methode heeft Carter het zgn. Fractionele systeem onderzocht. Hierbij geldt de afstand tussen twee planeten als de basis. Vanuit de basis worden "sub-bogen" berekend door de basis te delen door 2, 4, 8 en zo verder.
Als de basis een kleine hoek is, dan kunnen de "sub-bogen" gevonden worden door de basis te vermenigvuldigen met oa.. 2, 2,5, 3, 3,5 en zo verder.

Carter geeft een voorbeeld. Stel het jaar komt overeen met 41 jarige leeftijd. Je moet dan in de radixhoroskoop bij alle planeetstanden 41 graden optellen om de basis één-graad progressies te krijgen, maar ook 20½ graden en 10¼ graden.
Maar ook 41 + 10¼ = 51°15' en ook 51°15' + 10¼ = 61°30' doen mee om progressiesbogen te maken.

Carter geeft hierna voorbeelden van generaal Gordon, Nurse Cavell, Rupert Brooke, William Blake, William Stead, waarbij diverse ernstige gebeurtenissen binnen de berekende datums waren voorgekomen.

3) Andere symbolische directies zijn gebaseerd op de belangrijkste getallen in de astrologie: 2, 3, 4 en 12. Het is niet onredelijk dat de cirkel eerst werd verdeeld in 12 gelijke stukken van elk 30 graden, waarna elk stuk nóg weer eens werd verdeeld in 12 gelijke stukken van elk 2½ graad.
Op basis van deze theorie heeft Carter een progressiesysteem ontwikkeld, waarin elke planeet 2½ graad per jaar loopt. Hij heeft hiermee diverse zeer treffende resultaten behaald. Met dezelfde personen als onder 2) heeft Carter zeer treffende gebeurtenissen op datum berekend

Carter schrijft nog dat het aan de onderzoekende lezer overgelaten wordt om hiermee verder te experimenteren. In zijn boek "Symbolic Directions in Modern Astrology" gaat Carter zeer uitgebreid op elke variatie in.

Hoofdstuk 7: "Some Brief Studies".

In dit hoofdstuk worden 9 cases kort besproken van zeer interessante personen: 

  • Rupert Brooke (03-8-1887) te Rugby 7.30 pm, vaak de knapste man van Engeland genoemd, schrijver van diverse sonnetten en stierf op 23-4-1915;

  • Percy Bysshe Shelley (04-08-1792), Horsham, zeer beroemd dichter. Stierf ook erg jong, nl. op 08-07-1822;

  • William Blake (28-11-1757) in Londen, bekend Brits schrijver, dichter, tekenaar en schilder. Gestorven op 12-08-1827;

  • Emily Popejoy (04-07-1880), Bagshot 5.15 pm, een arm meisje dat stierf door ondervoeding en slechte behandeling door de dame voor wie zij moest werken. Deze horoskoop toont alleen mooie aspecten en je zou een dergelijk droevig lot nooit ontdekken.;

  • Een zenuwlijder (14-03-1863) Greenwich 9.00 am. Deze man, eerst succesvol, ging later lijden aan diverse angsten,zodat hij zijn zaak moest opgeven en daarna een leven in volkomen afzondering leidde, een moeilijke horoskoop;

  • Edith Cavell (04-12-1865) Norwich 2.30 pm, reeds door mij uitgewerkt in de boekbespreking "Some Principles of Horoscopic Delineation". Zij werd door de Duitsers doodgeschoten na een militair vonnis in oktober 1915. In deze horoskoop staan Mercurius en Jupiter vierkant met Neptunus en beide planeten staan ook nog eens in oppositie met Maan en Uranus. Drie zware planeten plus Mercurius en de Maan staan allemaal in een groot vierkant in cardinale tekens in vallende huizen.;

  • Een zogenaamd zelfmoord geval, een man geboren in Nederland op 07-08-1883);

  • William T. Stead (05-07-1849), Durham. Een bijzonder interessante horoskoop van een zeer moedig man die als eerste journalist ter wereld beroemde mensen interviewde. Deze vorm  van journalistiek was uniek voor die tijd. Hij voer mee op de Titanic, omdat hij in New york zou spreken voor groot publiek. Helaas kwam hij om met de vele honderden anderen.;

  • Ralph Waldo Emerson (25-05-1803), Boston (Mass.) 1.16 pm local time. Emerson was een Amerikaans essayist en een van de invloedrijkste denkers van de VS

 

Conclusie:

Dit boekje, alhoewel bijna niet meer verkrijgbaar, is alweer een schitterend boek met vele goede tips hoe je de astrologie kunt benaderen op een nuchtere manier. Het begin is moeilijk, zoals ik al schreef en dit boek moet men vaak lezen om het te kunnen doorgronden.
Als u het ergens kunt bemachtigen, heeft een u schitterend astrologisch juweeltje.

Afgesloten, 9 juli 2006, J. Ligteneigen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


 

_______________________________________________________

Pagina voor het laatst bewerkt op / Page maintained on: 

Seite bearbeitet am / Pagina aggiornata il:   01/07/2023 11:33